Zowel beginners als ervaren beoefenaars van mindfulness kunnen weerstand ervaren tijdens het doen van mindfulness-oefeningen. Vertrouw me: wat je voelt, zegt en denkt is helemaal normaal. Iedereen ervaart belemmeringen. Sterker nog: een mindfulness-training gaat al uit van je eigen weerstand ertegen. En juist het herkennen van die weerstand en hoe je er bewust mee omgaat, dát is mindfulness. Bij mindfulness gaat het namelijk om het trainen van je aandachtsspier. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom je denkt dat mindfulness niet voor jou werkt.
Hindernissen
Het is goed om te weten dat je niet bewust kiest voor deze hindernissen – ze overkomen je. Maar het is wel slim om te weten dat ze er zijn, zodat je ze de volgende keer herkent. En als je ze herkent, kun je er ook beter mee omgaan! Hieronder beschrijf ik de hindernissen één voor één.
Verlangen
Tijdens mindfulness-oefeningen, zoals meditaties, komen waarschijnlijk allerlei gedachten in je op. Je denkt bijvoorbeeld aan eten (want je hebt honger), aan op een terras zitten met vriendinnen (want dat doe je liever dan nu in je eentje op een stoel mediteren) of aan je vakantie volgende week (want daar heb je zin in!). Je hebt verlangens, en daardoor raak je steeds afgeleid en ben je niet in het moment.
Afkeer
Ook afkeer kan een belemmering zijn bij mindfulness. Als je bijvoorbeeld je oortjes inplugt voor een ontspannen meditatie, erger je je toch opeens groen en geel aan de stem van degene die de meditatie inspreekt. Of: ben je net lekker gefocust, staat je kind op de deur te bonken gaat de hond blaffen of de buurman besluit te gaan klussen.
Slaperigheid
Deze hindernis komt vaak voor bij mindfulness-trainingen. Tijdens het mediteren kun je zomaar in slaap vallen of heel duf worden. Zeker als je altijd in de 'aan-stand' staat en dan gaat zitten, kan dat voor je lichaam het sein zijn om het rustig aan te doen. Zoals ik hierboven al beschreef: het doel van mindfulness is het trainen van je aandachtsspier. Tijdens je slaap sta je helemaal 'uit' en train je dit dus niet.
Dat wil trouwens niet zeggen dat je mindfulness niet voor je mag laten werken als je juist in slaap wil vallen.
Rusteloosheid/drukte (in Pali uddhacca)
Wiebelen, schuiven, gepieker – rusteloosheid is ook een bekende hindernis. Misschien voel je je zo onrustig dat je je lichaam niet stil kan houden, of je gedachten vliegen van hot naar her. Ben je onrustig, dan is het vaak lastiger om je aandacht bij je lichaam en je ademhaling te houden. Lees meer over deze hindernis (Radboud UMC)
Twijfel en ongeduld
Ook deze reden horen we vaak als mindfulness trainer. Misschien denk je: waarom doe ik dit? Ik heb hier helemaal geen zin in. Waarom heb ik hier geld voor betaald? Mindfulness werkt niet, ik snap het niet, ik kan het niet. Tijdens het oefenen spelen allerlei twijfels op.
Helpende houdingen
Zo werkt mindfulness wél. Om met die hindernissen om te gaan, kun je jezelf op helpende houdingen wijzen. Ik laat je zien welke houdingen je kunnen helpen als je weerstand voelt.
Niet oordelen
NIet oordelen is een belangrijk aspect van mindfulness. Dit is geen gemakkelijke opgave want we zijn gewend alles voortdurend te beoordelen. Onszelf en anderen. We vergelijken ons zelf met anderen, onze ervaringen met eerdere ervaringen en beoordelen of situaties aan onze verwachtingen voldoen. Door het herkennen van oordelen en beseffen dat dit een automatische patroon is kan je beter accepteren dat je oordeelt. Het oordeel krijgt minder gewicht
Geduld
Met fysieke training in de sportschool zie je met je eigen ogen dat je werk effect heeft: je krijgt spieren. Met het trainen van mindfulness werkt dat anders, het gaat daarbij om het proces. Heb daarom geduld en weet dat je met iedere oefening leert. Je versterkt namelijk steeds je aandachtsspier.
Acceptatie/aanvaarding
De (negatieve) gedachten die in je hoofd voorbij komen en de onrust in je lichaam die je aandacht verstoort – het is helemaal niet gek dat dit gebeurt. En het is ook helemaal niet erg, zolang je je er niet in verliest en je er niet tegen verzet. Merk de gedachten op en breng je aandacht weer rustig terug naar de oefening. Oordeel niet over het feit dat je die gedachten of gevoelens hebt. Accepteer het.
Eindeloos opnieuw beginnen met een frisse blik
Het fijne van mindfulness: je mag áltijd opnieuw beginnen. Raak je afgeleid? Merk het op, richt je aandacht op iets nieuws (bijvoorbeeld een andere plek in je lichaam) en begin weer. Je training is dan niet mislukt – juist niet! Je hebt de afleiding herkend en gaat er met frisse moed weer mee aan de slag. Nu, morgen, overmorgen – een fresh start kan altijd.
Mildheid
Het kan helpen om bij het beoefenen van mindfulness een vriendelijke houding te hebben naar jezelf en je ervaring. Mildheid! Soms helpt het om je voor te stellen dat een klein kind iets aan het leren bent. De beste manier om een kind iets te leren is met een vriendelijke liefdevolle houding. Wees mild voor het kind in jezelf
Niet streven
Een andere helpende houding is om niet te streven naar het halen van een bepaald doel. Laat het los en zie wat de oefening je brengt. Cliché maar zo waar dat ik ‘m toch nog maar eens drop: mindfulness is niet een einddoel, het gaat om het hele proces.
Vertrouwen
Twijfel je over het nut van mindfulness terwijl je aan het oefenen bent? Probeer dan te vertrouwen. Op jezelf (jij kan dit!) maar ook op de kracht van mindfulness zelf. Mindfulness training wordt al eeuwenlang gegeven en dat is niet zomaar. Neem bijvoorbeeld de achtweekse training die ik regelmatig geef; die zit bomvol eeuwenoude kennis en kunde. Daarnaast is er al heel veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar mindfulness. Ook daaruit blijkt keer op keer weer dat het absoluut zorgt voor het verminderen van stress en allerlei andere klachten, dat lees je bijvoorbeeld in dit artikel over een onderzoek van Harvard. Dan werkt het bij jou ook. Echt. Heb vertrouwen!
God, schenk mij de kalmte om te accepteren wat ik niet kan veranderen; de moed om te veranderen wat ik kan veranderen. En de wijsheid om het verschil te kennen